4 beleidsaanbevelingen

4 aanbevelingen nav ronde tafel

ZET ONS IN

PSYCHOTHERAPEUTEN VRAGEN ERKENNING TIJDENS
RONDE TAFEL IN HET FEDERAAL PARLEMENT

EXECUTIVE SUMMARY

Op 14 maart 2024, kwamen beleidsmakers, psychotherapeuten, psychiaters, psychologen en creatieve therapeuten samen in het federale parlement. Daarbij gingen ze samen in gesprek over hoe psychotherapeuten volwaardig erkend en ingezet kunnen worden binnen een multidisciplinair mentaal zorgaanbod. Het resultaat was een reeks concrete handvaten waarop (toekomstige) beleidsmakers kunnen verder werken om de meerwaarde van psychotherapeuten binnen de context van een stijgende en diverse mentale zorgvraag te verzilveren. Concreet betroffen de handvaten vier beleidsaanbevelingen:

  1. De herziening van de Wet op de Uitoefening van de Geestelijke Gezondheidszorg door de lijst met erkende GGz-beroepen uit te breiden met psychotherapeuten;
  2. De oprichting van een Hoge Raad voor Geestelijke Gezondheidszorg;
  3. De creatie van een kwalitatief en uniform opleidingskader met een centraal controle orgaan.
  4. Het institutionaliseren van een multidisciplinair mentaal zorgaanbod

DRINGEND TIJD OM PSYCHOTHERAPEUTEN VOLWAARDIG IN TE ZETTEN

Het gaat niet goed met het mentale welzijn van de Belg: één op 3 Belgen kampt met een psychisch probleem. Daarnaast is er ook bij de jongeren een negatieve tendens. Zo rapporteert zo’n 22% van de Vlaamse jongeren al zelfmoordgedachten te hebben gehad[1]. De vraag naar geestelijke gezondheidszorg (GGz) is dus groter dan ooit. Met wachttijden die oplopen, zorgvragen die complexer en diverser worden, is er dringend nood aan méér handen in het veld zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit van de geestelijke zorgverlener. Momenteel wordt echter niet elke zorgverlener optimaal benut. De Wet op de Uitoefening van de Geestelijke Gezondheidszorg (WUG-wet) bepaalt namelijk dat alleen artsen, klinische psychologen en klinische orthopedagogen mentale zorg mogen bieden[2]. Psychotherapeuten zonder deze vooropleiding vallen uit boot. Om een betere mentale zorg te kunnen garanderen, is het meer dan ooit belangrijk om het aanbod te verbreden, zonder in te boeten op kwaliteit.

Daarom organiseerde de Belgische Federatie van Psychotherapeuten (BFPT), samen met federale volksvertegenwoordigers Kathleen Depoorter (N-VA) en Nathalie Muylle (CD&V), op 14 maart 2024 een rondetafelgesprek in het federale parlement. Onder de noemer “het geestelijke gezondheidszorglandschap hertekenen op maat van een diverse en stijgende zorgnood” gingen psychotherapeuten, psychiaters, psychologen, creatieve therapeuten en beleidsmakers in gesprek om concrete handvaten te bieden aan de toekomstige beleidsmakers die in regeringsonderhandelingen zullen treden na de verkiezingen op 9 juni 2024. Het centrale thema betrof de vraag hoe psychotherapeuten kwalitatief opgeleid en ingezet kunnen worden, en hoe hen volwaardig te erkennen binnen een broodnodig multidisciplinair mentaal zorgaanbod.

PSYCHOTHERAPEUTEN: COMPLEMENTAIRE EXPERTEN DIE DE PATIËNT CENTRAAL STELLEN

Eén perspectief schiet vaak tekort om zowel de complexiteit als de eigenheid van een zorgbehoevende te snappen. Elke cliënt heeft unieke noden waar niet zomaar elke mentale zorgverlener een oplossing voor kan bieden. Binnen de GGZ is het de bedoeling om zorgbehoevenden zoveel mogelijk in hun vertrouwde context zorg te kunnen bieden en de nodige GGZ-expertise aan te bieden[3]. Om die gepersonaliseerde zorg te kunnen bieden, dient de zorgbehoevende dus toegang te hebben tot verschillende takken van het GGZ-aanbod. En daar komt psychotherapie in het plaatje; bij psychotherapie is de therapeut zelf het middel om mensen te begeleiden in hun lijden. Psychotherapeuten hebben dus een specifieke expertise en zorgverlening, complementair aan die van de medische benadering van psychiatrie en psychologie. Die expertise vraagt een afzonderlijke opleiding, waar een vooropleiding tot psycholoog of psychiater geen vereiste is om de zorgverlening naar behoren uit te oefenen.

Vooropleiding zou dus niet als determinant mogen gelden voor de erkenning van een psychotherapeut als kwalitatieve zorgverlener, beroepsintegriteit en -ethiek wel. Dat laatste verwijst voornamelijk naar het vermogen van de therapeut om de eigen tekortkomingen en beweegredenen te kennen die het professionele handelen kunnen doordringen. Met andere woorden, is een integere psychotherapeut in staat om het lijden van de cliënt te begrijpen en kwalitatief te begeleiden, ongeacht of die een medische vooropleiding heeft gehad[4]. Zolang psychotherapie niet als een afzonderlijke GGZ-tak wordt beschouwd, kan het inzetten van een multidisciplinair team voor een divers en laagdrempelig zorgaanbod niet gerealiseerd worden. Een daar zijn vooral de wachtende patiënten met diverse mentale zorgnoden slachtoffer van.

STOP MET HET DICHTKNIJPEN VAN DE ZORGADER

Om de meerwaarde van psychotherapie ten volle te doen ontluiken, zijn er enkele obstakels. Zoals eerder vermeld, erkent de WUG-wet, die in 2014 onder toenmalig Minister van Volksgezondheid Maggie De Block werd gestemd, de hele psychotherapeutische GGZ-tak niet als een autonome beroepsstroming. Met andere woorden, wordt een deel van de “zorgader” dichtgeknepen. Een multidisciplinaire aanpak waarbij een team van experten (huisartsen, verpleegkundigen, psychiaters, psychologen, psychotherapeuten, counselors, psychologisch consulenten, seksuologen, etc.) samenwerkt om zorg-op-maat te kunnen bieden, wordt zo verhinderd. In het kader van de recente RIZIV-conventie om geestelijke gezondheidszorg laagdrempeliger en goedkoper te maken, is dit net uiterst belangrijk. Aangezien de conventie enkel geldt voor een beperkt aantal geconventioneerde psychologen en orthopedagogen, zijn de verlaagde drempels een maat voor niets als de wachttijden blijven oplopen. Gezien de huidige Minister van Volksgezondheid zelf stelde dat de druk op het aanbod zal blijven toenemen, is het essentieel om het aanbod kwalitatief te verbreden[5]. Nu al verdrinken huisartsen in het werk. Zo zijn 30% van de consultaties bij huisartsen vandaag mentale zorgvragen en vereisen de stijgende verslavingsproblematieken een aanpak dicht bij te cliënt. De oplossing ligt echter voor het grijpen: psychotherapeuten roepen daarom op: ‘zet ons in!’

DE AANBEVELINGEN OM DIT IN PRAKTIJK OM TE ZETTEN

Om daadwerkelijk een multidisciplinair zorgaanbod, met psychotherapie als volwaardige stroming, te bekomen dienen er vier opeenvolgende stappen gezet te worden:

  • De eerste en meest fundamentele stap is om de WUG-wet te herzien door de huidige lijst met erkende GGZ-beroepen uit te breiden. Het opnemen van psychotherapeuten als autonome beroepstak is daarbij essentieel om zorgbehoevenden de weg naar de meest passende zorg te laten vinden.
  • Ten tweede, moet ook het idee dat in 2014 al werd voorgesteld, om een Hoge Raad voor Geestelijke Gezondheidszorg op te richten, hernomen worden, die de creatie van een daadkrachtig multidisciplinair zorgteam faciliteert waaronder toezicht op accreditatie, opleiding, vormingen en ethische beoefening van de zorg. Enkel wanneer alle relevante mentale gezondheidsexperts (huisartsen, psychologen, orthopedagogen, psychiaters, psychotherapeuten, sociale werkers, verpleegkundigen, seksuologen, psychologisch consulenten, counselors, etc.) gelijkwaardig rond de tafel zitten, kan een cultuur van samenwerking gecreëerd worden.
  • Vervolgens moet er met de erkenning ook een kwalitatief en uniform opleidingskader voor psychotherapeuten gevormd worden. Belangrijk is dat de opleiding geen medische vooropleiding hoeft te vereisen, gezien de academische of medische achtergrond volgens de expertise niet bepaald of de psychotherapeut kwalitatieve zorg verleent, maar dat de nadruk moet liggen op diversiteit en laagdrempeligheid. De huidige opleidingen voor psychotherapeuten moeten aan een kwaliteitstoetsing onderworpen worden zodat afgestudeerde psychotherapeuten over de nodige bagage beschikken om kwaliteitsvolle zorg aan te bieden. Om te garanderen dat de opleiding en diens afgestudeerden aan minimale kwaliteitsstandaarden voldoen, dient er een centrale commissie te worden gevormd. Net zoals bij andere beroepen (bvb. bemiddelaars en psychologen) dient deze commissie te waken over de naleving van de kwaliteitsnormen en ethische codes.
  • De laatste stap moet de institutionalisering van een multidisciplinaire benadering binnen de geestelijke gezondheidszorg garanderen. Door vanuit het beleid samenwerking te stimuleren via aangepaste financieringsmechanismen zal het zorgaanbod pas echt kunnen inspelen op de stijgende en diverse mentale zorgnoden.

Eén ding is duidelijk: de consensus tussen de diverse takken van de GGZ om de lange wachttijden en diverse zorgvraag aan te pakken, is groot. Meer dan ooit roepen ze samen op om iedereen kwalitatief en multidisciplinair in te zetten. Het is nu aan het beleid om deze voorstellen verder uiT te werken en om dit om te zetten in concrete maatregelen.

DEELNEMERS

Hieronder de volledige deelnemerslijst van de ronde tafel op 14 maart 2024:

  • Kathleen Depoorter (Federaal volksvertegenwoordiger, N-VA)
  • Nathalie Muylle (Federaal volksvertegenwoordiger, cd&v)
  • Jeremie Vaneeckhout (Federaal volksvertegenwoordiger, Groen)
  • Stéphanie Lange (Federaal volksvertegenwoordiger, Les Engagés)
  • Charles Hosten (Parlementaire medewerker, Défi)
  • Tineke Oosterlinck (Raadgever geestelijke gezondheid – Kabinet van Hilde Crevits)
  • Sonja Delbeecke (Voorzitter / maatschappelijk assistent – psychotherapeut, BFPT)
  • Veerle Claes (Bestuurslid / orthopedagogisch consulent –psychotherapeut, BFPT)
  • Jan Permentier (Bestuurslid / maatschappelijk assistent -psychotherapeut, BFPT)
  • Dirk Quagebeur (Bestuurslid / huisarts – psychotherapeut, BFPT)
  • Stef Joos (Co-voorzitter / psycholoog – psychotherapeut, Uppsy-Bupsy)
  • Francis Martens (Voorzitter / psycholoog – psychoanalist, APPPsy)
  • Evelien Depaepe (Voorzitter / dans- en bewegingstherapeut, BVCT-ABAT vzw)
  • Karel Binon (pedagoog-counselor, voorzitter Focus on Emotion vzw)
  • Hilde Libbrecht (Psychotherapeut – opleider – supervisor, Focus on emotion)
  • Katrien Vanbrabant (Voorzitter, Vzw Ontwikkeling Centraal)
  • Lore Vonck (Coördinator, Werkgroep Verder na Zelfdoding, deelwerking VLESP)
  • Frederick Van Der Sypt (Arts gespecialiseerd in verslavingszorg, De Sleutel)
  • Bert Decorte (Ervaringsdeskundige)
  • Stefaan Boel (Psycholoog / psychotherapeut)
  • Mia Leijssen (Emiritus Hoogleraar Psychotherapeut, KU Leuven)
  • Agnès Bressolette (Psychologe / psychotherapeute)
  • Peter Nordin (Kinder- en jeugdpsychiater)
  • Chantal Hazoul (bestuurslid / psychotherapeut, L’Association pour la Recherche en Psychothérapie Psychanalytique)

OVER BFPT

De Belgische Federatie van Psychotherapeuten is een organisatie bestaande uit psychotherapeuten uit verschillende psychotherapeutische stromingen en organisaties. We streven naar de verdere kwalitatieve uitbouw van psychotherapie door het benaderen van psychotherapie als een afzonderlijke discipline en het erkennen van psychotherapeuten als autonome beroepsbeoefenaars. De Federatie wil een gesprekspartner zijn voor het beleid. We erkennen zowel de huidige erkende vooropleidingen als bachelors in menswetenschappen als psychotherapeuten, mits zij een specifieke opleiding psychotherapie volgen die aan de gestelde kwaliteitseisen voldoet. De Federatie waardeert diversiteit, werkt vanuit de vraag van de persoon, streeft naar vertrouwen en vernieuwing, en hanteert respect en transparantie binnen de organisatie.

CONTACT
Sonja Delbeecke

Voorzitter Belgische Federatie van Psychotherapeuten

onthaal@bfpt-fbpt.be

0496 50 56 65


[3] Zorgnet Icuro. Medewerkersbeleid in de geestelijke gezondheidszorg (2024). Link:https://www.zorgneticuro.be/verkiezingen-2024-speerpunten-ggz/1-medewerkersbeleid-de-ggz

[4] Leijssen, M. (2005). Gids beroepsethiek. Waarden, rechten en plichten in psychotherapie en hulpverlening. Link: https://www.existentieelwelzijn.be/publicaties/